■ Toetsen en onderdelen
Vooraanzicht
1. Oorgedeelte
2. DVS-toets
(drukken voor spreken)
Hiermee activeert u DVS. Zie
DVS
(drukken voor spreken)
op pagina
41
.
3. Navigatietoets
Hiermee kunt u namen,
telefoonnummers, menu's of
instellingen doorlopen. U kunt de
navigatietoets ook gebruiken om de
cursor naar boven en beneden, of
naar links en rechts te bewegen
wanneer u tekst invoert, de agenda
gebruikt en bepaalde spelletjes
speelt. Als u de navigatietoets kort
indrukt, selecteert u de functie.
4. Met de menutoets
opent u het
hoofdmenu.
27
Copyright
© 2005 Nokia. All rights reserved.
5. Met de beltoets
kiest u een telefoonnummer en beantwoordt u een
oproep. In de standby-modus geeft u met deze toets een lijst met de laatst
gekozen telefoonnummers weer.
6.
–
Hiermee voert u getallen en lettertekens in.
en worden bij verschillende functies voor verschillende doeleinden
gebruikt.
7. Met de eindtoets
beëindigt u een telefoongesprek. Ook sluit u met deze
toets elke functie af.
8. Met de wijzigtoets
opent u tijdens het bewerken van een tekst een lijst
met opdrachten, zoals
Kopiëren
,
Knippen
en
Plakken
.
9. Met de wistoets
wist u ingevoerde gegevens, verwijdert u een item of sluit
u verschillende functies af.
10.Selectietoetsen
De functie van deze toetsen hangt af van de begeleidende tekst die op de
display boven de toetsen wordt weergegeven. Druk op
om het hoofdmenu
te weer te geven.
11.Aan/uit-toets
Hiermee zet u de telefoon aan of uit.
Als u op de aan/uit-toets drukt terwijl het toetsenblok is vergrendeld, wordt de
display van de telefoon ongeveer 15 seconden verlicht.
28
Copyright
© 2005 Nokia. All rights reserved.
Achter-, boven- en zijaanzicht
1. Aan/uit-toets en Luidspreker
2. Oogje voor een polsriempje
3. Cameralens
4. Infraroodpoort (IR)
Aanzicht met aansluitingen
1. Aansluiting voor de lader
2. Pop-Port
TM
-aansluiting voor bijvoorbeeld een
hoofdtelefoon of de gegevenskabel
3. Microfoon
29
Copyright
© 2005 Nokia. All rights reserved.